In de rubriek 'De stelling' leggen we dit keer professionals op het gebied van lobby een dilemma voor, verpakt in een stelling. Hun reactie kan u op het spoor zetten of een bevestiging geven van wat u al wel wist. Voor deze editie legden we de volgende stelling voor:

de stelling



#22
De vereniging als vorm om het belang van
mensen te organiseren heeft geen toekomst

Door Jeanne Hoogers

Mei Li Vos, voorzitter Alternatief voor Vakbond (AVV), www.avv.nu
Wel en niet eens |
Verenigingen zoals
we die vroeger kenden in de verzuiling
zijn op hun retour, dat klopt. Vroeger was
je bijvoorbeeld lid van de rode familie, de
PvdA, de VARA en het FNV. Daarmee
kon je er op vertrouwen dat de besturen
van de verenigingen jouw belangen,
identiteit en interesses kenden. Zo werkt
het voor veel mensen niet meer, ze stel-
len hun identiteit samen als een 'bricola-
ge' van merken, bladen, doelen en activi-
teiten. Dat betekent echter niet dat be-
langen niet meer door verenigingen be-
hartigd hoeven worden. Ik zie ook veel
nieuwe verenigingen ontstaan, juist op
issues. De grote vraag aan de politiek
en de polder is echter hoe ze moeten
omgaan met die nieuwe verenigingen:
ze kunnen niet zomaar meer een vraag
bij de SER of de kerk droppen om te we-
ten hoe een bepaalde maatschappelijke
groep ergens over denkt.

Marike Kuperus, auteur van 'De ver-
eniging op survival' CIVIQ 2005,
www.civiq.nl
Niet eens |
De verenigingsvorm is ook
voor komende generaties HOT.Het biedt
een krachtige formule voor maatschap-
pelijke invloed op democratische basis.
Dat kan verrijkt met, maar niet vervan-
gen door losse burgerinitiatieven. Als in-
spraak vooral gaat via boze burgers val-
len we terug op het recht van de hardste
schreeuwer.
Echter, verenigingsland mag ondertus-
sen niet star vasthouden aan traditionele
vormen en stroperige procedures! Als
wij betrokkenheid van burgers bijde sa-
menleving willen oogsten, laten we de
verenigingsformule dan moderniseren
conform hedendaagse betrokkenheid,
dus 1) Jongleren met klantenbinding,

 

 

 

 

 

 

 



maatschappelijke verantwoordelijkheid
en solidariteit; 2) Burgerinitiatieven be-
nutten door ze de polderplekken van de
vereniging te bieden; 3) Onconventionele
kanalen zoeken voor inspraak, dus alle
ogen en oren gebruiken in de brede ach-
terban en onder verwante niet-leden.
Ofwel: het versteende fluïde maken.

Piet Koremans voorzitter Stichting
Platform Aandelen Lease,
www.platformaandelenlease.nl
Niet eens |
Juist een vereniging is er
voor om belangen te behartigen van het
individu, juist een vereniging is er voor
om mensen te helpen met hun pro-bleem.
Of dit nu is het graag samen wil-
len sporten via een vereniging of het sa-
men kunnen beleven van gedachten en
ideeën of het samen zoeken naar een
oplossing van een gezamenlijk probleem
of doel.
Wat doet mijns inziens een vereniging:
het wijzigen van het woord individueel
naar het woord gezamenlijk.
Verenigingen worden opgezet om elkaar
te helpen in behoeften die individueel
niet te verwezenlijken zijn en om jouw
mening, stelling en gedachten en die van
anderen goed te bundelen en het daar-
mee sterker te maken.
Samen staan we sterk, is het motto van
onze stichting voor aandelenlease gedu-
peerden en de resultaten zijn ernaar.

Danielle Arets, debatprogrammeur
TUMULT en secretaris Vereniging
Nederlandse Debatcentra,
www.tumultdebat.nl
Niet eens |
In 'Kiezen voor de kudde'
betogen hoogleraar sociologie Jan
Willem Duyvendak en Menno
Hurenkamp dat er allerminst sprake is
van individualisering.Weliswaar zijn de
ledenaantallen van kerken, politieke par-

 

 

 

 

 

 

 


 

tijen en omroepverenigingen sterk ge-
daald. In de loop der jaren zijnwe juist
over veel thema's veel eensgezinder
gaan denken. De auteurs spreken
zelfs over modern kuddegedrag. Toch is er natuurlijk wel iets veranderd. We mogen dan nog steeds lid worden van clubjes, er worden wel steeds minder eisen aan die lidmaatschappen gesteld. Regelmatig mailen met een stel vakantievrienden, af en toe via een forum kennis uitwisselen met een paar computervrienden is al vol- doende om je 'lid' te voelen van een be- paalde gemeenschap. Zodoende kun je ook lid zijn van een flink aantal gemeen- schappen; voor elk stukje van je per- soonlijkheid eentje, zeg maar.
Deze zogeheten 'lichte gemeenschap- pen' zouden volgens sommigen de doodsteek zijn voor het sociale engagement.
Het vluchtige karakter ervan leent zich immers niet voor 'echte' betrokkenheid. We zijn inderdaad niet meer bereid ons voor een heel leven lang te verbinden aan een politieke vereniging, maar dat betekent niet dat we niet meer sociaal bewogen zijn. Karen Vintges, universitair docent sociale en politieke filosofie, ziet zelfs een 'Terugkeer van het enga gement' (Boom, 2003). Maar wederom in een nieuw jasje. We doneren niet meer massaal aan goede doelen, maar gaan zelf -samen met vrienden of leden uit een lichte gemeenschap - de handen uit de mouwen steken. Kortom we treden de toekomst licht, maar actief tegemoet.
Daar hebben we de traditionele vereniging inderdaad niet meer voor nodig.

 

            

 



         september 2006 | VM | 83