Advocaten maken woekerwinsten op
woekerpolissen
22 miljoen
Uit berekeningen van
RTL Nieuws blijkt dat de advocaten die de woekerpolis-affaire schikken er bijna
22 miljoen euro aan kunnen overhouden. Volgens critici gaat dat ten koste van de
gedupeerden voor wie zij opkomen; de schadevergoeding zou volgens hen anders
veel hoger kunnen zijn.
200.000 beleggers
Gedupeerden
wordt opgeroepen om collectief de aanbieders van woekerpolissen aan te pakken.
Dat biedt meer kans op succes, zeggen ze. Meer dan 200.000 gedupeerde beleggers
gaven gehoor aan die oproep. Volgens advocaat Bos, die opkomt voor gedupeerde
beleggers, is het te mooi om waar te zijn.
Geen openheid
De Stichting
Verliespolis en Stichting Woekerpolisclaim voeren namens de gedupeerden de
onderhandelingen met verzekeraars die de veel te dure beleggingsverzekeringen
aanboden. Gedupeerden willen een zo hoog mogelijke schade vergoed krijgen, maar
de stichtingen krijgen een vast bedrag per schikking uitgekeerd. Van Delta
Lloyd, ING, Fortis en SNS Reaal ontvingen zij al 8 miljoen euro. Aegon, Achmea
en kleinere spelers maken nog eens zo'n bedrag voer. Daar bovenop komt nog eens
bijna 6 miljoen euro aan inschrijfgeld. Bij elkaar is dat zo'n 22 miljoen euro.
Openheid over de besteding van dat geld is echter niet.
Vaag
De stichtingen willen niet
reageren op onze vragen. RTL Nieuws stelde 14 concrete vragen aan Verliespolis
en Woekerpolisclaim om inzicht te krijgen in de financiën van de stichtingen.
Beide antwoorden slechts in algemene bewoordingen. Dat maakt hen net zo vaag als
de verzekeraars waren over de kosten van hun woekerpolissen. Volgens een
berekening is de 20 miljoen euro die Verliespolis en Woekerpolisclaim ontvingen
goed voor 40 manjaren werk.
Kamervragen
Ook de
Consumentenbond en in de Tweede Kamer is er kritiek op het gebrek aan openheid
bij Verliespolis en Woekerpolisclaim. Frans Weekers van de VVD zegt geschokt te
zijn: 'Als dit klopt lijkt het erop dat boeven met boeven worden gevangen'.
Weekers zegt wel wat te zien in de aanpak die in de VS wordt gehanteerd. Daar
kan de rechter oordelen of advocaten een redelijk tarief vragen. De VVD gaat
kamervragen stellen aan minister Bos van Financiën over de kwestie.
Vragen van RTL aan de beide
belangenbehartigers
1: is het juist dat de Stichting
Verliespolis/Woekerpolisclaim
aan inschrijfgelden inmiddels zo'n 3
miljoen/2,7 miljoen euro
heeft opgehaald (120.000 x 25 euro/90.000 x 29,95
euro)?
2: waaraan is dit bedrag besteed?
3: is het juist dat de vier
schikkingen die tot dusver zijn bereikt de Stichting
Verliespolis/Woekerpolisclaim 4 miljoen euro hebben opgeleverd (350.000 euro
per schikking, plus maximaal
600.000 euro per schikking, plus 200.000 euro in
het geval van Nationale Nederlanden)?
4: zo nee, wat is dan wel het bedrag
(uitgesplitst per schikkingsovereenkomst)?
5: wat is er met deze opbrengst
gebeurd (eventueel: wat gaat er met deze opbrengsten gebeuren)?
6: is het
juist dat, als met Aegon en Achmea wordt geschikt, nog eens 950.000 per
verzekeraar in het verschiet ligt?
7: is het juist dat, als met 8 middelgrote
tot kleine verzekeraars geschikt wordt, per verzekeraar maximaal 250.000
in het verschiet ligt (dus in totaal 4 miljoen euro per stichting)?
8: wat
gebeurt er met al dit geld?
9: is het juist dat de hoogte van de
schikkingsbedragen niet van invloed is op de vergoedingen die de stichtingen
opstrijken?
10: waarom is daarvoor gekozen?
11: kunt u mij helpen aan
overzichten van de kosten die Verliespolis/Woekerpolisclaim tot dusver heeft
gemaakt om de schikkingen te bereiken?
12: welke werkzaamheden zijn
verricht?
13: welke kosten zijn daarbij gemaakt?
14: bent u bereid om voor
onze camera deze - en mogelijk aanvullende - vragen te beantwoorden?
.14:
zo ja, wanneer zou dat kunnen? Bij voorbaat dank voor uw reactie en met
vriendelijke groet,
RTL Nieuws
De antwoorden van
Verliespolis
Rob Okhuijsen, woordvoerder
Het is niet juist dat de
Stichting Verliespolis dit bedrag (3
miljoen euro) aan inschrijfgelden heeft
opgehaald. Zoals ik al aangaf is het strategisch voor ons zeer onwenselijk om
onze tegenpartijen inzage te geven in de financiële middelen van
de Stichting. Er moeten nog regelingen overeengekomen worden met twee
grote en elf middelgrote/kleine verzekeraars dan wel procedures worden
gevoerd. Ook hebben we de tussenpersoon/adviseur nog als onderwerp. We gaan
er dus verder niet op in hoeveel inkomsten en uitgaven er zijn. Wel merk
ik graag op dat deze zaak ongekend is qua omvang. Niet alleen door de
hoeveelheid polissen en de omvang van de schikkingen, maar ook door het zeer
grote aantal betrokken (tegen)partijen. Ook inhoudelijk is de zaak complex.
Aan deze kwestie wordt nu al ruim 2,5 jaar zeer intensief gewerkt en er
liggen nog vele jaren in het verschiet. Niet alleen om tot regelingen te
komen, maar ook om te zorgen dat deze worden uitgevoerd conform de
afspraken. De 350.000 euro en de 600.000 euro kun je overigens niet
bij elkaar optellen. Dan lijkt het alsof op voorhand vaststaat dat die in
zijn geheel 600.000 wordt uitgegeven. Verder worden per verzekeraar afspraken
gemaakt. Ik kan die bedragen dus niet extrapoleren naar andere verzekeraars.
Met de middelgrote en kleine verzekeraars bestaan overigens nog geen
financiële afspraken.
Zoals gezegd heeft de Stichting Verliespolis een
zware Raad van Toezicht en bestuursdeelname van Vereniging Eigen Huis en de
VEB. Op die manier wordt toegezien op een juiste besteding van
de middelen. Daarnaast vindt ook, op vrijwillige
basis, accountantscontrole plaats.
Met vriendelijke groet, Rob
Okhuijsen
De antwoorden van
Woekerpolisclaim
Jacqueline van Wijk, woordvoerster
Een groot
aantal verzekeraars weigert nog steeds om hun klanten met een ‘woekerpolis’
een fatsoenlijke compensatie te bieden. Met een aantal verzekeraars is WPC
nog in onderhandeling. De verwachting bestaat dat tegen meerdere verzekeraars
procedures moeten worden gevoerd en dat de lopende procedures moeten
worden voortgezet. Hiervoor is een financiële reserve gevormd. Zolang nog
sprake is van onderhandelingen met of procedures tegen verzekeraars kan WPC
geen mededelingen doen waaruit de omvang van de financiële reserve kan worden
afgeleid. Immers, als deze informatie bekend zou worden zou dit de
onderhandelingspositie van WPC richting de verzekeraars die nog niet hebben
geschikt ernstig kunnen ondermijnen. In het belang van onze
achterban dienen wij deze informatie dan ook vooralsnog geheim te
houden.
Stichting WPC heeft er op zich geen moeite mee open te zijn
over haar financiële positie. Alleen kan dat, gelet op het bovenstaande,
nog niet op dit moment. Volstaat te zeggen dat WPC zich niet herkent in de
bedragen die in je mail genoemd worden en dat die bedragen veel te hoog
zijn.
Exacte bedragen kunnen wij op dit moment niet geven om de hiervoor
genoemde redenen. WPC ziet op dit moment geen meerwaarde in een reactie voor
camera.
PS: Ik verzoek je de contacten voortaan weer rechtstreeks via
mij te laten verlopen.
Met vriendelijke groet,
Jacqueline van
Wijk
Jeroen Wendelgelst, voorzitter
stichting Woekerpolisclaim en
behandelend advocaat
Geachte heer
Lukassen,
Van Jacqueline van Wijk vernam ik dat u enige vragen heeft
over de financiële huishouding van Stichting WPC (Woekerpolis Claim).
WPC
probeert voor consumenten met een ‘woekerpolis’ compensatie te krijgen voor
te veel betaalde kosten. WPC werkt hierbij nauw samen met de Vereniging
Consument & Geldzaken (VCG). VCG is een onafhankelijke
belangenorganisatie voor financiële consumenten opgericht in 1994 met circa
35.000 leden. VCG geeft leden financieel en juridisch advies, verzorgt
lezingen en publicaties en voert ook andere collectieve acties, onder meer
over aandelenlease producten van AEGON en Fortis/Groeivermogen. VCG was de
eerste belangenorganisatie die de woekerpolis affaire aankaartte bij de
verzekeraars en de minister.
WPC en VCG voeren collectieve actie door te
onderhandelen met verzekeraars en waar nodig ook procedures te starten bij
de rechter en/of het Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (KIFID).
Hieraan zijn aanzienlijke kosten verbonden. Voor onderzoek, onderhandelingen
en procedures, waarvoor allerlei adviseurs moeten worden ingehuurd zoals
advocaten en actuarissen. Ook is sprake van algemene organisatiekosten die
niet zijn te herleiden tot actie tegen een specifieke verzekeraar, zoals
de website, externe communicatie en administratie. Ook hiervoor worden
externe adviseurs ingehuurd zoals webdesigners, communicatie adviseurs en
accountants. Alle leveranciers van WPC/VCG hanteren hierbij hun
gebruikelijke, marktconforme tarief en soms zelfs een gereduceerd tarief. Al
deze kosten worden betaald uit een financiële reserve die is gevormd door
donaties van aangesloten consumenten. WPC streeft er naar om alle
gemaakte kosten op de verzekeraars te verhalen zodat de
aangesloten consumenten uiteindelijk hun donatie terug kunnen krijgen. Het
is niet de bedoeling dat de stichting uiteindelijk winst maakt.
Eventuele
winst moet worden gebruikt voor collectieve belangenbehartiging en wordt dus
niet uitgekeerd aan oprichters of leveranciers van de stichting; dit is ook
wettelijk verboden.
Uiteraard worden alle inkomsten en uitgaven verantwoord
in de administratie die wordt gevoerd door een externe accountant.
WPC/VCG
neemt nooit geld aan van verzekeraars zolang er nog onderhandelingen lopen.
Zo blijft WPC/VCG financieel onafhankelijk. Pas als een verzekeraar een
toereikende compensatieregeling aanbiedt, kan een schikking worden
getroffen waarbij ook vergoeding van de daadwerkelijk gemaakte kosten
wordt bedongen. De stichtingen dienen deze kosten richting de verzekeraar
aan te tonen. Dit alles bovendien onder het voorbehoud dat de bij WPC
aangesloten klanten van die verzekeraar ook instemmen met de regeling.
Daarbij wordt ook bedongen dat deze klanten hun donatie aan de stichting
terugbetaald krijgen zodat het hen uiteindelijk per saldo niets kost. De
inhoud van de schikkingen en daarin opgenomen kostenparagraaf is
openbaar bekend. Echter, zolang er géén schikking is met een
verzekeraar dient WPC/VCG alle kosten die verband houden met de actie
tegen die verzekeraar dus zelf te bekostigen uit de financiële
reserve.
Helaas zijn er verzekeraars die zélf een regeling aanbieden
aan hun klanten zonder de instemming van WPC/VCG of de
andere belangenorganisaties. Dit geldt bijvoorbeeld voor Achmea en enkele
kleinere verzekeraars zoals Generali en De Goudse. Deze verzekeraars bieden
regelingen aan die voor de klant nadeliger zijn dan de eerder door de
stichtingen getroffen regelingen met Delta Lloyd, Nationale Nederlanden, ASR
Nederland en SNS Reaal.
WPC stelt de eis dat alle nieuwe regelingen
minimaal gelijkwaardig moeten zijn aan de eerdere regelingen. Als niet
aan deze eis is voldaan, zal WPC géén schikking aangaan.Achmea is hiervan
een goed voorbeeld. Met Achmea is ruim 6 maanden onderhandeld en alle kosten
hiervan blijven voor rekening van WPC. Ook zijn er verzekeraars die nog
steeds geen regeling hebben getroffen, zoals AEGON. Tegen al die verzekeraars
wordt de collectieve actie voortgezet en zullen zonodig ook
gerechtelijke procedures worden gestart. Hiervoor zullen nog
aanzienlijke kosten moeten worden gemaakt. Hiervoor is een financiële
reserve gevormd. Nu er nog conflicten bestaan met diverse verzekeraars
en tegen hen mogelijk procedures moeten worden gevoerd dient de omvang van
deze reserve geheim te blijven. Verzekeraars die niet willen schikken moeten
immers niet kunnen zien hoeveel er in de ‘oorlogskas’ zit.
Met
vriendelijke groet,
Jeroen Wendelgelst
Voorzitter Stichting
WPC