Zalm met graten
De Telegraaf 19 juni 2004
Bart Mos
Minister Zalm deed afgelopen donderdag op
zijn ministerie zijn uiterste best om treurig in de snorrende camera's te kijken
toen hij bekendmaakte dat de Commissie Geschillen Aandelenlease, voorgezeten
door en vernoemd naar ex-ombudsman Marten Oosting, de handdoek in de ring had
gegooid. De minister liet er - al pruilend - geen misverstand over bestaan:
Dexia was de hoofdschuldige van het mislukken van de bemiddelingspoging. Deze
grootste aanbieder van leaseproducten, met een kleine honderdduizend boze
leaseklanten achter zich aan, wilde niet serieus verder met het voorstel om te
komen tot een generieke oplossing voor gedupeerde beleggers.
Onprettig verrast was Zalm
door het mislukken van de door de Tweede Kamer geïntieerde bemiddelingspoging,
althans dat zei hij. Maar hoe verrast kon de vice-premier eigenlijk zijn na de
uitgebreide gesprekken die hij afgelopen maand voerde met onder andere datzelfde
Dexia? In die gesprekken, waarbij ook leaseaanbieder van het eerste uur Aegon
aan tafel zat, kregen Oosting en Zalm omstandig uitgelegd dat het in de ogen van
de aanbieders niet mogelijk is om één oplossing te vinden voor alle gedupeerde
beleggers.
Want naast de uiterst
trieste en tot de verbeelding sprekende gevallen die we regelmatig met
spandoeken over straat heen en weer zien lopen, zijn er ook vele duizenden
leaseklanten die donders goed wisten wat ze deden toen zij een
effectenleaseproduct aanschaften. Klanten die in de jaren vóór de beursmalaise
vanaf 2000 juist aardig hadden verdiend met hun 'winstverdriedubbelaars' en de
winsten daarvan zelfs investeerden in wéér nieuwe leasecontracten. Sommigen van
de nu verontwaardigde gedupeerden zijn nota bene financieel adviseur. Het kan
toch niemands bedoeling zijn om ook deze groepen schadeloos te stellen in één
collectieve regeling. Of toch wel? Wellicht was het voor Zalm te moeilijk om uit
te leggen aan het publiek dat niet alle honderdduizenden gedupeerden op een
Oosting-regeling kunnen rekenen. Zo'n ingewikkeld verhaal valt lastig te
verkopen.
Dus bleef de
commissie-Oosting vasthouden aan haar streven naar een generieke oplossing,
waardoor de onderhandelingen als vanzelf vastliepen. Niet bepaald een verrassing
dus.
Maar goed, het was dus Dexia die brak, en wie
breekt…
Vandaar dat Zalm nu meent dat
de mislukte missie van Oosting moet worden omgebogen. Het voorstel van de
commissie, haar bevindingen en die van haar juridische adviseurs komen over drie
weken in een rapport op straat te liggen. Dat zal Dexia leren! Over de
neutraliteit en discretie die Oosting had toegezegd aan betrokken
lease-aanbieders, hoor je in Den Haag niemand meer. Dexia spreekt met recht over
een volkstribunaal.
Het is overigens de
vraag of het rapport Oosting ook een hoofdstuk bevat over de rol van de
overheid. Want waar was die kritische overheid halverwege de jaren negentig,
toen de eerste aandelenleaseproducten werden verkocht? Beurswaakhond STE,
rechtsvoorganger van Autoriteit Financiële Markten (AFM), legde de aanbieders
van het eerste uur geen duimbreed in de weg. Pas na het instorten van de
aandelenmarkten, met dramatische gevolgen voor leasebeleggers, kwam AFM met een
rapport dat waarschuwde voor de gevaren en kritiek had op de verkoopmethoden van
aanbieders.
Inmiddels begint Dexia
steeds meer te lijken op haar boze klanten, zoals hondenbezitters na verloop van
tijd een sprekende gelijkenis met hun viervoeter gaan vertonen. Want hoewel de
Belgische bank er zelf niet van wil weten dat zij klanten misleid heeft,
gebruikt zij precies dát verwijt richting Aegon waarvan zij in 2000 voor E 900
miljoen de inmiddels rampzalig gebleken bankdochter Labouchere overnam. De boze
leasebeleggers zeggen op hun beurt niet op de hoogte te zijn gebracht van
verborgen risico's van aandelenlease, hetgeen Dexia ontkent. Met opnieuw
dezelfde redenering probeert Dexia bij Aegon de schade te verhalen. Het duurt
vast niet lang meer voordat de Belgische bankiers komen aankloppen bij de
stichting Leaseverlies, of ze lid kunnen worden.