Het gebruik maken van onderstaande uitspraak bij eventuele publicatie, is alleen toegestaan indien de gehele URL wordt overgenomen. Het kopieren van deze uitspraak en het plaatsen hiervan op een site is zonder toestemming van de Stichting PAL, uitdrukkelijk verboden.
vonnis
RECHTBANK AMSTERDAM
Sector Kanton
Locatie Amsterdam
Rolnummer: 841858 DX EXPL 07-128
Vonnis van:
11 juni 2008
F.no.: 640
Vonnis van de
kantonrechter
inzake
[X],
wonende te
[woonplaats],
eiseres,
nader te noemen [X],
gemachtigde: G. van
Dijk,
tegen
de naamloze vennootschap DEXIA BANK
NEDERLAND N.V.,
statutair gevestigd en kantoorhoudende te
Amsterdam,
gedaagde,
nader te noemen Dexia,
gemachtigde: mr. F.R.H, van
der Leeuw.
Procedure
Het volgende processtuk is
ingediend:
- de dagvaarding van [X], met
producties.
Daarna heeft Dexia bij akte schorsing van de
procedure aangezegd krachtens de Wet collectieve afwikkeling massaschade (WCAM).
Bij rolmededeling van 23 november 2005 is vastgesteld dat de procedure is
geschorst.
Bij akte van 26 april 2004 heeft [X] verzocht de
schorsing op te heffen. Bij rolmededeling van 17 mei 2006 is vastgesteld dat de
procedure geschorst blijft.
Na de zogenoemde WCAM-beschikking van 25 januari
2007 van het gerechtshof te Amsterdam heeft [X] bij akte een afschrift
overgelegd van de opt-out verklaring als bedoeld in artikel 7:908 lid 2
Burgerlijke Wetboek (BW), waarin zij verklaart niet aan de verbindendverklaring
gebonden te willen zijn. Naar aanleiding daarvan is de onderhavige procedure
hervat.
Vervolgens is
ingediend:
- de conclusie van antwoord van
Dexia, met producties.
Bij tussenvonnis van 5 maart 2008 is bepaald dat ieder
van partijen nog bij akte nadere inlichtingen diende te
verstrekken.
Vervolgens is
ingediend:
- een antwoordakte na tussenvonnis
van Dexia, met één productie.
[X] heeft geen gebruik gemaakt van de
mogelijkheid een akte in te dienen. Dexia heeft ingestemd met het voornemen van
de kantonrechter om na aktewisseling vonnis te wijzen.
Daarna is vonnis bepaald op heden.
Gronden van de
beslissing
1.
Feiten
Als gesteld en onvoldoende weersproken staat
vast:
1.1. Dexia is de rechtsopvolgster
onder algemene titel van Bank Labouchere N.V (hierna: Labouchere). Waar hierna
sprake is van Dexia wordt haar rechtsvoorgangster daaronder mede
begrepen.
1.2. [X] heeft de volgende
lease-overeenkomst ondertekend waarop zij als lessee stond vermeld, met als
wederpartij Labouchere (hierna: de lease-overeenkomst):
Nr. Contractnr.
Datum Naam
overeenkomst Leasesom
Looptijd Termijnbedrag
1 29483795
06-12-2000 WinstVerDriedubbelaar €47.167.80 36
maanden € 227..23
Op de lease-overeenkomst zijn de Bijzondere
Voorwaarden Effecten Lease van toepassing.
1.3. [X] heeft ter zake van de
lease-overeenkomst 35 maandtermijnen van € 227,23 betaald, een totaalbedrag van
€ 7.953,05.
1.4. Uit hoofde van de
lease-overeenkomst heeft [X] € 6,88 aan dividenden ontvangen.
1.5. Bij het aangaan van de
lease-overeenkomst was [X] gehuwd met [Y] (hierna [Y]). Bij brief van 27
november 2003 heeft [Y] met een beroep op artikel 1:89 BW de nietigheid
ingeroepen van de lease-overeenkomst, althans vernietiging in rechte
aangekondigd, en terugbetaling gevorderd binnen een termijn van veertien
dagen.
2. Vorderingen
[X]
[X] vordert bij vonnis, voor zover thans van
belang:
1. te verklaren voor
recht dat [X] recht heeft op terugbetaling van al hetgeen zij in het kader van
de lease-overeenkomst aan Dexia heeft betaald, en wel op grond van vernietiging
vanwege het ontbreken van toestemming van [Y] in de zin van artikel 1:88
BW;
2. Dexia te veroordelen
tot betaling van € 48.037,82 te vermeerderen met de wettelijke rente over dit
bedrag, althans de som van alle door [X] aan Dexia betaalde bedragen, te
vermeerderen met de wettelijke rente over deze bedragen vanaf de dag van de
betalingen tot aan de dag der algehele voldoening;
3. te bewerkstelligen dat
Dexia binnen twee weken na betekening van het in dezen te wijzen vonnis de
registratie van [X] bij het Bureau Kredietregistratie te Tiel, althans de aan
die registratie gekoppelde achterstandcodering, ongedaan maakt, zulks op straffe
van een dwangsom van € 500,= voor iedere dag dat Dexia daarmee in gebreke blijft
met een maximum van € 20.000,=;
4. Dexia te veroordelen
tot betaling van [X]s werkelijke proceskosten, te weten het vaste bedrag van €
895,- alsmede 15% over de door Dexia aan [X] terug te betalen bedragen en 15%
over de door Dexia gevorderde bedragen die eiseres na de uitspraak in deze zaak
niet meer zal hoeven te betalen, althans tot betaling van de door de rechtbank
in goede justitie vast te stellen proceskosten.
3. Standpunten
[X]
3.1. [X] stelt, voor zover voor de
beoordeling van belang, dat de leaseovereenkomst moet worden aangemerkt als
huurkoop in de zin van artikel 7A: 1576h BW en derhalve als koop op afbetaling
in de zin van artikel 7A: 1576 BW en dus de toestemming behoefde van [Y]
ingevolge artikel 1:88 lid 1 sub d BW. Omdat [Y] deze (schriftelijke)
toestemming niet verleend heeft, heeft [Y] de lease-overeenkomst rechtsgeldig
kunnen vernietigen.
3.2. [X] vordert terugbetaling van
alle uit hoofde van de lease-overeenkomst aan Dexia betaalde
bedragen.
3.3. Volgens [X] is Dexia wettelijke
rente verschuldigd over alle betaalde bedragen vanaf de respectievelijke
betaaldata.
4. Standpunten
Dexia
4.1. Dexia voert gemotiveerd verweer
tegen de vorderingen van [X].
5. Beoordeling
van de vorderingen
5.1. Waar nodig zal hierna nader
worden ingegaan op de stellingen en verweren van partijen. Geoordeeld wordt als
volgt.
5.2. In het vonnis van deze rechtbank
van 27 april 2007. LJN nummer BA3914, en het arrest van de Hoge Raad van 28
maart 2008. LJN BC2837 zijn voor soortgelijke geschillen een aantal rechtsvragen
beantwoord en beoordelingsmaatstaven gegeven, die de kantonrechter overneemt. In
essentie komt dit in de onderhavige zaak neer op het
volgende:
- Een lease-overeenkomst als de
onderhavige worden aangemerkt als huurkoop. De kantonrechter is derhalve
bevoegd.
5.3. Artikel 1:88 lid 1 onder d BW is
op deze lease-overeenkomst van toepassing. Nu volgens artikel 7A: 1576i BW
huurkoop bij akte wordt aangegaan, diende de daar bedoelde toestemming voor de
lease-overeenkomst ook schriftelijk te worden gegeven. Aangezien deze
schriftelijke toestemming ontbreekt, had [Y] de bevoegdheid een beroep te doen
op de hier bedoelde vernietigbaarheid.
5.4. Nu sprake is van een
rechtsgeldige vernietiging dienen alle betalingen van [X] aan Dexia ter zake van
de lease-overeenkomst te worden gerestitueerd, verminderd met hetgeen [X] uit
hoofde van de lease-overeenkomst van Dexia heeft ontvangen. De kantonrechter
gaat uit van de gegevens zoals die door Dexia bij akte zijn verstrekt nu [X]
deze gegevens niet heeft betwist.
5.5. Uit het voorgaande volgt dat
Dexia € 7.946,17 (€ 7.953,05 minus € 6.88) aan [X] dient te
betalen.
5.6. De gevorderde wettelijke rente
is toewijsbaar over het in 5.5. bedoelde saldo van de door Dexia te restitueren
betalingen vanaf het moment waarop Dexia met de terugbetaling in verzuim was,
zijnde het moment waarop de door [X] in haar onder 1.5 bedoelde brief genoemde
betalingstermijn verstreek, derhalve met ingang van 12 december 2003. De
kantonrechter gaat ervan uit dat er na 12 december 2003 geen dividenden zijn
ontvangen.
5.7. De vordering met betrekking tot
de BKR-registratie zal worden toegewezen met matiging en maximering van de
dwangsom. De overige stellingen van partijen behoeven geen behandeling
meer.
5.8. Gelet op het vorenstaande heeft
[X] geen belang meer bij de door haar gevorderde verklaringen voor
recht.
5.9. Gelet op de uitslag van de
procedure dient Dexia te worden veroordeeld in de kosten van het
geding.
5.10. Nadat aan dit vonnis is voldaan
zullen partijen geen verplichtingen meer jegens elkaar hebben uit de onderhavige
rechtsverhouding.
Beslissing
De kantonrechter:
I. veroordeelt Dexia om
aan [X] te betalen € 7.946,17 als hoofdsom, te vermeerderen met de wettelijke
rente vanaf 12 december 2003 tot aan de dag der algehele
voldoening;
II. veroordeelt Dexia in de
kosten van de procedure, aan de zijde van [X] gevallen, tot op heden begroot
op:
voor verschuldigd
griffierecht
€ 192,00
voor salaris van
gemachtigde €
250,00
totaal
€ 442,00
een en ander, voor zover verschuldigd, inclusief BTW;
III. veroordeelt Dexia om binnen
veertien dagen na betekening van dit vonnis het Bureau Kredietregistratie te
Tiel te berichten dat [X] geen verplichtingen uit de lease-overeenkomst meer
heeft, op straffe van een dwangsom van € 100,00 voor elke dag dat Dexia niet aan
deze veroordeling voldoet tot een maximum van € 10.000,00;
IV. wijst af het meer of anders
gevorderde.
Aldus gewezen door mr. A. van Dijk,
kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 11 juni 2008 in
tegenwoordigheid van de griffier.
Ingescant en bewerkt naar HTML Copyright (C) Stichting PAL