Het gebruik maken van onderstaande uitspraak bij eventuele publicatie, is alleen toegestaan indien de gehele URL wordt overgenomen. Het kopieren van deze uitspraak en het plaatsen hiervan op een site is zonder toestemming van de Stichting PAL, uitdrukkelijk verboden.
VONNIS
RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Kanton
Locatie Sittard-Geleen
Rolnr.: 04-1299
Zaaknr,;
159366
Vonnis d.d. 6 februari 2008
in de zaak van:
de naamloze vennootschap DEXIA BANK
NEDERLAND N.V,,
gevestigd te Amsterdam,,
eiseres in
conventie,
verweerster in reconventie,
gemachtigde: Jeukens Buttolo &
Drooghaag Gerechtsdeurwaarders te Heerlen;
tegen
[X],
wonende te
[woonplaats],
gedaagde in conventie,
eiser in reconventie,
gemachtigde:
mr. A.M.B.J. Derks-Höppener (toevoeging).
1. Het verdere verloop van de
procedure
Ter uitvoering van het tussenvonnis van 7
november 2007 heeft [Z] een akte bewijslevering met bijlagen genomen, waarop
Dexia met een akte uitlating heeft gereageerd.
Vervolgens is andermaal vonnis bepaald, waarvan
de uitspraak is vastgesteld op heden.
2. De verdere
beoordeling
In conventie en in reconventie;
2.1 Uit de door [X] bij akte overgelegde
producties blijkt genoegzaam dat zij ten tijde van het sluiten van de ten
processe bedoelde overeenkomst met [Y] was gehuwd. Derhalve kan thans definitief
worden geoordeeld dat de door [Y] tijdig uitgebrachte buitengerechtelijke
vemietigingsverklaring doel heeft getroffen en dat het bij tussenvonnis van 7
november 2007
onder 2,3 (laatsie zin) gemaakte voorbehoud niet van toepassing
is.
2.2 Gelet op het vorenstaande wordt de vordering
in conventie afgewezen. De vordering in reconventie tot restitutie van de door
[X] aan Dexia uit hoofde van de overeenkomst betaalde termijnen, door [X]
onbetwist gesteld op € 2.452,68, is toewijsbaar, te vermeerderen met de
wettelijke rente vanaf 3 maart 2004, zijnde de datum dat [X] bij eis in
reconventie bij de sector civiel voor de eerste maal aanspraak hierop heeft
gemaakt.
2.3 Ingevolge het verwijzingsvonnis d.d. 31 maart
2004, waarbij de zaak door de sector civiel van deze rechtbank naar de sector
kanton is verwezen, moet nog een beslissing worden genomen over het door [X] bij
de rechtbank betaalde vastrecht ad € 245,-.
Dexia zal tot terugbetaling van
dit bedrag aan [X] worden veroordeeld. De zaak is immers ten onrechte door Dexia
bij de sector civiel aangebracht.
3. De
beslissing
De kantonrechter:
In conventie;
wijst de vorderingen af;
veroordeelt Dexia in de kosten van de conventie
aan de zijde van [X] tot aan deze uitspraak begroot op € 245,- aan bij de sector
civiel betaald vastrecht en € 750,- voor salaris gemachtigde, hel een en ander
op de voet van artikel 243 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering te
voldoen aan de Griffier van de Gerechten in het Arrondissement
Maastricht.
In reconventie:
veroordeelt Dexia om tegen behoorlijk bewijs van
kwijting aan [X] te betalen een bedrag van € 2.452,68, te vermeerderen met de
wettelijke rente vanaf 3 maart 2004 tot aan de dag der algehele
voldoening;
veroordeelt Dexia in de kosten van de reconventie
aan de zijde van [X], tot aan deze uitspraak begroot op € 250,- voor salaris
gemachtigde, het een en ander op de voet van artikel 243 van het Wetboek van
Burgerlijke Rechtsvordering te voldoen aan de Griffier van de Gerechten in het
Arrondissement Maastricht.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.H.M.J.
van Hövell tot Westerflier, kantonrechter, en in het
openbaar uitgesproken in
tegenwoordigheid van de griffier.
Ingescant en bewerkt naar HTML Copyright (C) Stichting PAL