Wellink: met het toezicht is niets
mis
De Telegraaf 9 januari 2006
Van een onzer verslaggevers
AMSTERDAM - De financiële sector in
Nederland is 'zeer gezond' en het toezicht erop is 'goed'. Dit vindt president
Nout Wellink van De Nederlandsche Bank (DNB), een van de toezichthouders op
financiële instellingen in
Nederland.
Wellink
reageerde gisteren in het tv-programma Buitenhof op het faillissement van Van
der Hoop Bankiers en boetes die ABN Amro kreeg in de Verenigde Staten. "Je hebt
dijken, maar dat betekent niet dat er af en toe water over die dijken komt",
gebruikte Wellink als beeldspraak.
Het
faillissement van Van der Hoop noemde de centralebankpresident voor de
rekeninghouders van de bank 'vervelend', maar in eerste instantie de
verantwoordelijkheid van het management van Van der Hoop (directie en
commissarissen).
"We leven in een
economische orde waar het bestuur van een instelling zelf verantwoordelijk is.
Wij houden toezicht op liquiditeit en solvabiliteit en hoewel Van der Hoop het
gedurende een reeks van jaren niet makkelijk had, voldeed het tot eind vorig
jaar aan alle eisen."
Wellink wees erop
dat "er heel lang niets is omgevallen" in Nederland, in tegenstelling tot
bijvoorbeeld in de VS, waar tussen 1984 en 1991 zo'n 2700 financiële
instellingen 'op de fles' zouden zijn gegaan. "In voorbeeldlanden als Noorwegen,
Zweden, Finland, Spanje, Frankrijk, Duitsland en Australië heeft men ook enorme
problemen gekend."
Bij ABN Amro zijn
dingen misgegaan, zei Wellink, maar de bank heeft "hard ingegrepen en lessen
voor zichzelf getrokken". Een vertrek van bestuursvoorzitter Rijkman Groenink -
in een poging het eventueel beschaamde vertrouwen te herstellen - zou volgens
Wellink weliswaar "een signaal zijn geweest, maar niet het goede". Het inleveren
van een deel van de bonussen, maar vooral de ingrijpende maatregelen om 'schoon
schip' te maken, zouden het vertrouwen in voldoende mate
herstellen.

Wellink pleitte traditiegetrouw voor het verder reduceren van de
staatsschuld. De huidige financiële meevaller van € 3 miljard zou in de staatskas
moeten worden gestort, te meer daar van een meevaller eigenlijk geen sprake zou
zijn. "De tegenvaller is minder groot", zo noemde Wellink het.
© 1996-2005 Uitgeversmaatschappij De Telegraaf B.V.,
Amsterdam.