Dexia-gedupeerde: hoe schrijnend moet je zijn?
 
Van een onzer verslaggevers
 
AMSTERDAM - Na dinsdag door het Dexia-kamp te zijn afgeschilderd als 'onbuigzamen' en 'splinterpartijen' mochten de tegenstanders van het verbindend verklaren van de zogenoemde Duisenberg-regeling gisteren hun zegje doen in de vierdaagse zitting rond het aandelenleasedrama. Het liefst zouden zij de betreurde contracten vernietigd zien. "Je hoeft ook geen schrijnend geval te zijn om bij dwaling van een auto af te komen."
        Een compleet elftal advocaten mocht zijn bezwaren tegen een algemene werking van de vorig jaar overeengekomen Duisenberg-regeling gisteren kenbaar maken, maar opvallend genoeg liet meer dan de helft verstek gaan. Zoals de zaal op de tweede zittingsdag toch al akelig leeg bleef. Slechts een stuk of 20 gedupeerde beleggers hadden opnieuw de gang naar het Amsterdamse congrescentrum Expo XXI gemaakt.
       De wél aanwezige raadslieden probeerden het Amsterdamse gerechtshof ervan te overtuigen dat de Duisenbergregeling (die de zogeheten restschuld van de gedupeerde leasebeleggers in de meeste gevallen voor twee derde kwijtscheldt) voor veel klanten van Dexia geen redelijke oplossing is. Alle argumenten tegen de bank en de beruchte constructies van beleggen met geleend geld passeerden daarbij in enkele uren de revue.
       Het meest uitgesproken was de Groningse advocaat Gelf Versteegh, die optreedt namens 38 gedupeerden. Zij meent dat veel beleggingscontracten kunnen worden teruggedraaid, omdat er sprake is van 'dwaling'. "Vernieting kan in zo'n geval ook bij de aankoop van een auto, die toch alleen maar vooruit kan rijden. Terwijl Dexia achteraf een auto bleek die ook áchteruit reed", zei ze, met een verwijzing naar de forse winstbeloftes die de - dikwijls onwetende - klanten kregen voorgehouden. Dat vernietiging veelal slechts is voorbehouden aan 'schrijnende gevallen', vindt zij merkwaardig: "Je hoeft ook geen schrijnend geval te zijn om bij dwaling van een auto af te komen."
 

Volgens Versteegh is het middel nogal eens afgewezen onder het mom van 'de klant had zelf maar beter moeten opletten en navraag moeten doen bij Dexia'. "De suggestie dat de klant dan wel goed was geïnformeerd over de risico's is niet reëel. Hij had dan alleen dezelfde medewerker met hetzelfde verkoopverhaal gekregen. Velen hebben gevraagd: 'Loop ik risico?' Het antwoord was: 'Nee, je kunt niet verliezen. Nou ja, als ABN Amro, ING en Ahold failliet zouden gaan, zou je je inleg verliezen, maar dat gebeurt toch niet.' En verhalen van dezelfde strekking."
       De tegenstanders kwamen gisteren tot de slotsom dat het gerechtshof de Duisenberg-regeling niet verbindend moet verklaren. Hoewel gedupeerden met een eenvoudig briefje onder de schikking kunnen uitkomen, werpt het volgens de advocaten een onnodige drempel op. Beleggers die verzuimen verzet aan te tekenen, verspelen hun recht om een zaak aan te spannen tegen Dexia. Bovendien vrezen zij een 'reflexwerking': dat rechters, zodra de regeling verbindend is verklaard, automatisch geneigd zullen zijn deze ook in toekomstige procedures als norm te hanteren.
 
© 1996-2006 Uitgeversmaatschappij De Telegraaf B.V., Amsterdam.