De stroppenpotten van de
banken zitten boordevol
Van onze
verslaggever Douwe Douwes
UTRECHT - De
recordwinsten van de banken zijn mede te danken aan het feit dat ze zo weinig
opzij hoeven te leggen voor slechte leningen. Maar het eind komt in zicht. ‘In
Amerika begint men al te piepen.’
De winstexplosie die Fortis woensdag presenteerde,
was voor een belangrijk deel te danken aan de bestaande klanten van Fortis. Niet
dat die nou zo veel nieuw geld inbrachten, maar ze betaalden de rente en de
aflossingen op hun leningen wel netjes en op tijd. Bovendien gingen ze niet
failliet. |
|
Groot profijt van laagterecord in
faillissementen |
Het gevolg van dat voorbeeldige betalingsgedrag was
dat Fortis’ financiële man, Gilbert Mittler, in het eerste halfjaar netto
slechts 37 miljoen euro in de stroppenpot hoefde te stoppen. Dat is te
verwaarlozen op het totaal van leningen dat Fortis heeft uitstaan – om precies
te zijn vier basispunten, ofwel 0,4 procent van het totaal.
Alle Nederlandse banken profiteren van klanten die
stipt betalen. ABN Amro hoefde in het tweede kwartaal slechts 62 miljoen euro
uit voorzorg apart te leggen, ING 50 miljoen. Dat lijken flinke bedragen, maar
afgezet tegen de omvang van de leningen die deze bedrijven hebben uitstaan, zijn
het schijntjes.
Hoe minder geld de banken voor slechte leningen
opzij hoeven te zetten, hoe hoger de winst is die ze kunnen rapporteren. En de
bijdragen aan voorzieningen liggen op een historisch laag niveau. ‘Dertig
basispunten is normaal’, zegt Fortis-topman Jean-Paul Votron. ‘Ik denk dat we
tegen het einde van het jaar rond de vijftien basispunten zitten.’
Dat de banken nu profiteren van lage kosten voor
slechte leningen heeft een aantal oorzaken, zegt Fortis’ financieel directeur.
‘Aan de ene kant wordt minder aan de voorzieningen toegevoegd, omdat de banken
minder slecht nieuws op zich zien afkomen. Door de lage rentestand komen minder
bedrijven in de financiële problemen. Aan de andere kant valt veel geld vrij,
omdat de banken na 2003 hun risico’s te voorzichtig hebben ingeschat.’ Het
gevolg van deze dubbelslag is dat banken extreem lage kosten hebben voor slechte
leningen.
In zekere zin is dat voordeel een gevolg van de
uitbundige jaren negentig, zegt analist David van der Zande van Effectenbank
Stroeve. ‘Toen gebruikten de zakenbanken kredieten als lokkertjes om veel beter
betaalde opdrachten voor fusies en overnames binnen te halen.’
Hierdoor werd niet altijd even nauw gekeken naar de
risico’s van leningen. Ook Fortis heeft die fout gemaakt, zegt Mittler: ‘We
hebben in 1998 en 1999 geld verloren doordat we de balans gebruikten om zaken te
financieren waarvan we het risico niet voldoende beheersten.’
Fortis was zeker niet de enige die op de blaren
moest zitten. Bij grote recente faillissementen – onder meer Enron, Worldcom,
KPNQwest en Parmalat – moesten bijna alle grote internationale banken flinke
veren laten.
En wat zich bij de grote, in het oog lopende
klanten afspeelde, had ook plaats op kleinere schaal bij tienduizenden
MKB-bedrijven. Ook die konden door de economische tegenwind hun leningen niet
meer aflossen en gingen soms zelfs failliet. Om die reden werden banken
voorzichtiger. ‘Dat heeft zeker invloed gehad op het beleid van banken’, zegt
Van der Zande van Stroeve. ‘Maar dat is niet de enige oorzaak waardoor de
voorzieningen zo laag zijn. Er kwam nieuwe regelgeving en de systemen om
risico’s in kaart te brengen, zijn verbeterd.’
Dat de voorzieningen op dit lage niveau blijven,
lijkt uitgesloten. Van der Zande ziet de eerste donkere wolken in Amerika: ‘De
leningen van Ford en GM zijn al afgewaardeerd tot junkstatus. Je hoort dat men
daar al begint te piepen.’
© de
Volkskrant