De rechtbank Amsterdam legt effectenleasezaken tijdelijk stil
Amsterdam, 25 november 2008 - In twee vonnissen van 25 november 2008 heeft de rechtbank Amsterdam een verzoek van Dexia Bank Nederland om die zaken voorlopig aan te houden, toegewezen. Naar aanleiding van deze uitspraken heeft de rechtbank Amsterdam beslist dat ook alle andere effectenleasezaken met ingang van 26 november 2008 worden stilgelegd, tot de Hoge Raad uitspraak heeft gedaan. Nu duidelijk is dat de Hoge Raad naar verwachting in februari of maart 2009 beslist op openstaande vragen is de rechtbank van oordeel dat het tijdelijk stilleggen van zaken meer voordelen heeft dan het blijven behandelen van zaken.
In de circa 2.100 effectenleasezaken die lopen bij de Amsterdamse rechtbank zijn tal van juridische vragen aan de orde. In de zogenoemde voorbeeldvonnissen van 27 april 2007 heeft de rechtbank op die vragen een antwoord gegeven. De aldus uitgezette lijn heeft de rechtbank nadien in een groot aantal procedures toegepast. Tegen enkele van de aldus uitgesproken vonnissen is bij het Amsterdamse gerechtshof hoger beroep in gesteld. Het gerechtshof heeft voor een aantal onderwerpen een andere lijn gekozen. De Hoge Raad, het hoogste rechtscollege in Nederland, zal nu uitsluitsel moeten geven.
Tot voor kort was het onvoldoende duidelijk wanneer de Hoge Raad zich zou kunnen uitspreken over de kwesties waarover nu nog onduidelijkheid bestaat. Het stilleggen van de behandeling van de zaken en het wachten op een uitspraak van de Hoge Raad zou onder die omstandigheden tot een onredelijke vertraging van de procedures leiden.
Ondertussen is deze situatie veranderd. Inmiddels is er bij de Hoge Raad een zaak in behandeling waarin de nog openstaande vragen zijn voorgelegd. Naar verwachting wordt op 12 december 2008 de laatste stap gezet voordat de Hoge Raad uitspraak kan doen. De plaatsvervangend Procureur-Generaal bij de Hoge Raad zal dan een zogenoemde conclusie nemen. Deze conclusie kan worden beschouwd als een belangrijk advies aan de Hoge Raad. Vervolgens kan de Hoge Raad uitspraak doen, naar verwachting in februari of maart 2009.
De rechtbank is nu van oordeel dat, behoudens bijzondere omstandigheden, het tijdelijk stilleggen van effectenleasezaken meer voordelen heeft dan het blijven behandelen van die zaken. Partijen moeten weliswaar langer wachten op hun uitspraak, maar kunnen dat gecompenseerd krijgen door wettelijke rente. Ook bestaat de mogelijkheid dat de Hoge Raad anders beslist dan de Amsterdamse rechtbank tot dusverre heeft gedaan. Dan zullen veel uitspraken moeten worden teruggedraaid, met alle gevolgen van dien. Met het stilleggen van de behandeling van effectenleasezaken kan dit worden voorkomen.
Informatie voor betrokkenen
Het voorgaande betekent dat vanaf 26 november 2008 er tijdelijk geen vonnissen worden uitsproken, geen comparities worden gehouden en er geen andere proceshandelingen worden verricht.
Indien een partij desalniettemin meent dat er in haar zaak onderwerpen aan de orde zijn die thans niet aan de Hoge Raad zijn voorgelegd of waaromtrent de Hoge Raad eerder al een beslissing heeft gegeven, kan zij de rechtbank gemotiveerd verzoeken de behandeling van haar zaak in zoverre voort te zetten.
Dit betreft bijvoorbeeld zaken waarin
- er (ook) een beroep op is gedaan dat de wettelijke partner van de afnemer van een effectenleaseproduct daarvoor vóóraf schriftelijk toestemming diende te geven, zoals de Hoge Raad reeds heeft beslist;
- er een beroep op is gedaan dat de effectenleaseovereenkomst namens of door een minderjarige is aangegaan;
- de rechtsgeldigheid van de zogenoemde opt-outverklaring wordt bestreden;
- de gebondenheid aan de zogenoemde Dexia-aanbod-ffectenleasovereenkomst wordt bestreden.
Echter, indien blijkt dat de zaak hierop niet kan worden afgedaan, zal de zaak niet verder worden behandeld. Dan wordt immers toegekomen aan vragen waarover de Hoge Raad zich nog moet uitlaten.
Verder kan partij die van mening is dat er bijzondere omstandigheden zijn die voortzetting van de zaak rechtvaardigen, een gemotiveerd daartoe strekkend verzoek aan de rechtbank doen.
Een verzoek tot voortzetting van de procedure dient gemotiveerd te worden gedaan ter rolle. De wederpartij zal in de gelegenheid worden gesteld eveneens gemotiveerd ter rolle te reageren. Vervolgens zal de rechter een beslissing nemen.
LJ Nummers
BG5242
BG5246
Bron: Rechtbank Amsterdam
Datum actualiteit: 25 november 2008